De Route
Vanuit Arreau vertrokken voor de klim naar de col d’Aspin, mijn eerste col deze vakantie, meteen maar een categorie 1 klim, omdat we op de grens van de Haut-Pyrenees en de Midi-Pyrenees zitten leek het me verstandig om het rondje via de noordelijk gelegen, lagere (<1000m)> colletjes, vol te maken. Nu is het zo dat ik met tijdens vakanties als een echte toerfietser gedraag, ik stop bij crêperies, neem geregeld fotopauzes en vergeet vooral niet om te genieten van de omgeving, zo ook vandaag dus bijgevoegde hartslagcurve is louter illustratief.

Tijdens de klim geprobeerd zo veel mogelijk onder mijn omslagpunt te blijven, hoewel dat niet overal gelukt is, toch behoorlijk rustig naar boven gereden in ca 57 minuten (na aftrek van de tijd voor foto pauzes) wat dus ook niet bijzonder snel is voor een klim van 13 km met gemiddeld 6,5% stijging.
Boven op de col nog geposeerd voor een aardige Belg die mijn foto nam. Waaruit weer blijkt hoe geweldig fotogeniek ik ben...ahum.
De afdaling richting st. Marie-de-Campan is afgezien van de bochtige, rijkelijk met koeienvlaai bestraatte eerste kilometers, niet bijzonder moeilijk of gevaarlijk. Alleen de harde wind dwong me het stuur stevig vast te houden en de snelheid niet ver boven de 50 km/h te laten oplopen.
Dalen langs de marmer steengroeve bij Payolle en dan via de D935 via Campan naar Beaudéan dan via de D8 richting Bagnères-de-Bigorre.
De D8 loopt parallel aan de D935 maar is geen drukke doorgaande weg, meer een rustig landweggetje door rustieke dorpjes als Asté en Gerde.
Na Gerde komen we in Bagnères-de-Bigorre weer op een drukke verbindingsweg (D938), die slechts enkele kilometers volgen bergop naar de buitenwijk ‘Haute de la Côte’ nog best een pittig kuitenbijtertje, en dan rechtsaf de D26 op en een andere wereld binnen.
Wat een rust op deze weg die slingert over heuvels en dalen in 
het grensgebied tussen het hooggebergte (rechts op bijgaande foto) en het heuvellandschap van Navarre waar de middeleuwse uitkijktorens en het kasteel van Mauvezin getuigen dat Gaston Fébus hier de baas was. Zoals je hier kunt zien fiets je eerst over een soort hoogvlakte waarin diepe rivierdalen (nou ja, beek- dalen) zijn uitgesleten. Doordat de weg meerdere malen diep afdaald om ergens een bruggetje over een beekje aan te doen om vervolgens weer omhoog te lopen, kom je ook hier nog behoorlijk aan het klimmen, bij Couret kwam ik nog stijgingspercentages van 9% tegen.

Daar komt bij dat je op 2 punten de uitlopers van een bergrug over moet zodat er ook nog 2 heuse cols op je weg komen; de Couret d'Asque(620m) en de Col de Coupe(720m).
Vanuit Couret heb je ook nog ns een geweldig uitzicht op de Pic du Midi de Bigorre zoals je op de foto links kunt zien.
Indien je in de buurt bent en overweegt deze route te fietsen dan kan ik je de volgende kaarten van harte aanraden.
- Michelin 342 Local (Htes-Pyrénées, Pyrénées-Atlques)
- IGN carte de promenade N0. 70 (Pau-Bagnéres-de-Luchon)
Voor een routekaart op googlemaps klik hier.
De Cols


Cijfers en Lijntjes